Leven met duimartrose
Philippe,
pianist, 64 jaar
Duimartrose, of artrose van het duimgewricht, treft duizenden mensen. Ze kan eenvoudige dagelijkse handelingen bemoeilijken, zoals het openen van een pot of het dragen van een tas, en wordt nog hinderlijker wanneer de hand een werkinstrument is. Dat geldt ook voor Philippe, een Belgische pianist van 64 jaar, die zijn ervaring graag deelt.
Uit zijn getuigenis blijkt niet alleen zijn traject na operaties aan beide duimen, maar ook hoe hij een groot deel van zijn beweeglijkheid heeft teruggewonnen en zijn beroep met passie is blijven uitoefenen.
De ontdekking van duimartrose bij een pianist
Philippe speelt al tientallen jaren piano.
Elke dag besteedt hij meerdere uren aan zijn instrument – tussen repetities, concerten en lesgeven. Maar geleidelijk aan begonnen pijn en krachtsverlies in zijn duim op te treden, waardoor hij sommige snelle passages niet meer kon spelen.
“Sommige van mijn vingers vielen in slaap. Om te compenseren hield ik mijn ellebogen verder uit elkaar of tilde ik mijn pols op, maar ik had mijn snelheid en precisie verloren.”
Voor een pianist wordt zelfs het kleinste verlies aan beweeglijkheid al snel een belemmering. Dat bracht hem ertoe een arts te raadplegen en, na overleg met zijn chirurg, een operatie te overwegen.
Een geslaagde eerste operatie
De eerste operatie betekende een keerpunt. Na slechts tien tot vijftien dagen kon Philippe zijn pianooefeningen alweer hervatten.
Een tweede operatie, enkele jaren later
Gesterkt door het succes van de eerste operatie besloot Philippe ook zijn andere hand te laten opereren. Ook dit keer verliep het herstel vlot. Het grootste verschil merkt hij in de kracht.
“Bij sommige veeleisende concerten, zoals die van Tsjaikovski, voel ik een licht verlies. Laten we zeggen dat de kracht die ik vroeger had, iets minder is geworden. Maar mijn behendigheid en snelheid zijn volledig behouden.”
Dat onderscheid is belangrijk: de operatie herstelt beweeglijkheid en precisie, maar sommige patiënten merken een subtiel verschil in kracht. Voor Philippe, nu 64 jaar, heeft dat zijn carrière niet afgeremd. Maar hij benadrukt dat voor een pianist van dertig, die nog volop in opbouw is, de afweging misschien anders zou zijn.
Een herwonnen dagelijks leven, met enkele voorzorgsmaatregelen
Naast het pianospelen heeft Philippe ook zijn dagelijkse handelingen teruggewonnen.
Een fles dragen, schrijven, koken – alles is weer mogelijk.
Toch houdt hij enkele voorzichtige reflexen aan:
Deze aandachtige handelingen maken nu deel uit van zijn dagelijks leven.
De rol van oefeningen bij het herstel
Na elke operatie wordt meestal kinesitherapie aangeraden. Philippe gebruikte echter vooral de piano als revalidatiemiddel.
Zijn oefeningen, gericht op de beweeglijkheid van de duim ten opzichte van de andere vingers, hielpen hem om snel te herstellen.
“Ik laat de duim onder de wijsvinger doorgaan, dan onder de derde, onder de vierde… Deze herhaalde bewegingen aan het klavier versterken de soepelheid en snelheid.”
Dit dagelijkse werk toont het belang aan van het regelmatig stimuleren van het geopereerde gewricht om de beweeglijkheid te behouden.

Het verhaal van Philippe benadrukt enkele belangrijke punten over duimartrose en de behandeling ervan:
Een boodschap voor twijfelende patiënten
Veel muzikanten of mensen met een handmatig beroep aarzelen om de stap naar een operatie te zetten, uit angst hun beweeglijkheid voorgoed te verliezen.
Philippe daarentegen koos ervoor erin te geloven:
“Ik ken collega’s die zich voor hun concerten laten inspuiten. Ze hebben pijn, en het geneest hen niet. De operatie was voor mij een echte bevrijding. Ik heb mijn behendigheid en mijn plezier in het spelen teruggevonden.”